Waarom je GEEN Sigma of Tamron 150-600mm lens moet kopen voor je Nikon D3x00 of Nikon D5x00…

Voordat je op zijn minst dit bericht hebt gelezen.

In de Facebook groepen die ik over fotografie volg komt regelmatig de vraag langs van mensen die bijvoorbeeld vogels willen fotograferen naar een betaalbare tele-zoomlens met een bereik van liefst meer dan 300mm. Heel begrijpelijk, want hoe langer de brandpuntsafstand, hoe dichterbij je de vogel kan halen. Zelf dichterbij het voorwerp (de vogel) proberen te komen, zal er ongetwijfeld immers toe leiden dat dat onderwerp zich uit de voeten (vleugels, in dit geval) maakt.

Tamron en Sigma zijn third-party lensfabrikanten die objectieven maken voor de bekende cameramerken zoals Nikon, Canon en Sony (en waarschijnlijk nog wel een handjevol andere merken). Ik fotografeer zelf al jaren met Nikon en beperk me dan ook tot een NIET-aankoop-advies voor een Nikon camera. En dan nog specifieker voor de D3x00 reeks, de D5x00 reeks, de D7000 en ongetwijfeld nog een hand vol oudere modellen zoals de D40(x), D50, D60, D70(s) en D90. En dan mis ik waarschijnlijk ook nog wel wat modellen.

De lenzen die ik wel kan adviseren zijn alle Nikon AF-S lenzen. Die werken op ieder van voorgenoemde modellen. Probleemloos. De lenzen die ik adviseer om juist NIET te kopen zijn de Tamron, maar zeker ook de Sigma 150-600. Heb ik zo’n lens? Nee. Heb ik een vergelijkbare (Nikon) lens? Nee, ook niet. Ik ben geen vogelaar, en voor het werk dat ik met mijn camera’s doe heb ik ook zelden een langere brandpuntsafstand dan 200mm nodig. En voor de gevallen dat ik een langere brandpuntsafstand nodig heb, heb ik een lichtgewicht 70-300 met bewegingsreductie van Nikon die niet heel erg lichtsterk is, of een 300mm f/2.8 van Tokina die juist wel heel erg lichtsterk is, maar ook loeizwaar. En eventueel heb ik daarbij ook nog wel een 1.4x teleconverter beschikbaar.

De reden dat ik bezitters van de genoemde cameramodellen afraad een 150-600 te kopen zit hem juist in het feit dat deze lenzen op 600mm bepaald niet meer lichtsterk zijn. Logisch. Een lichtsterke 600mm f/4 van Nikon kost op het moment dat ik dit schrijf €12.000. En nee, dat is geen typefout. Wel een beetje overdreven overigens omdat je als je €12.000 neerlegt nog wel degelijk één hele euro terugkrijgt. Dat hakt erin. Wat er ook in hakt, is het gewicht. Dat is namelijk ruim 5 kilogram! En hoe bizar dat ook klinkt, eigenlijk is dat nog weinig voor een 600mm F/4 objectief.

Een Sigma 150-600mm F5-6.3 DG OS HSM Contemporary zoals de lens voluit heet, kost ten opzichte van de Nikon een schijntje: €1.000 (en ook hier krijg je dan weer een hele euro retour), en is ook nog eens een stuk lichter: nog geen 2 kilogram! Tel daarbij op dat je met de Sigma meer flexibiliteit hebt doordat deze instelbaar is van 150mm naar 600mm en je zou bijna denken dat de Nikon nooit meer verkocht zou worden.

Is de Nikon dan zoveel beter in kwaliteit dat er mensen zijn die dat er voor willen betalen? De prijs van een leuke middenklasser auto? Nou, voor normale stervelingen (waar ik mijzelf ook zeker onder schaar) lijkt me dat uiterst twijfelachtig. Iets anders wordt dat, wanneer je voor je broodwinning afhankelijk bent van het gereedschap waarmee je werkt. Maar voor die laatste categorie heb ik dit bericht zeker niet geschreven. Dit bericht is juist voor de (gevorderde) hobbymatig fotograferende vogelaar, die ik voor een mogelijke (!) teleurstelling wil behoeden.

Wat is namelijk het geval? De voornoemde 150-600mm objectieven hebben zonder uitzondering op 600mm f/6.3 als grootste lensopening. Geen big-deal, zou je denken. Ze bezitten over vibratiereductie, waardoor je zelfs uit de hand nog wel bruikbare beelden kan produceren. Maar het probleem zit dan ook niet zo zeer in de lens. Het “probleem” zit hem juist in de camera. De genoemde camera’s kunnen namelijk niet goed autofocussen met lenzen met een maximale lensopening van f/6.3. Ook niet met de “cross-type” focuspunten (één, of meerdere focuspunten in het centrum van de zoeker). Nikon vermeldt dat ook wel in de manuals, alhoewel ze zo goed mogelijk hun best doen om daar zo cryptisch mogelijk over te zijn.

We pakken een voorbeeld. Op een Facebookpagina werd gevraagd waarom een Sigma 150-600mm op een D5600 zo veel moeite had met autofocus op 600mm. Foto’s zijn vaak niet scherp (waar ze scherp zijn moeten) en de lens autofocust heen en weer, een verschijnsel dat wel “hunten” wordt genoemd. De gebruikte instellingen waren: f/8, 1/4000s, ISO800 en het P-belichtingsprogramma. Er werden in de reacties heel veel zaken bij betrokken. Een paar die iets zinnigs meldden, maar ook veel onzinnige dingen. Zo werd bijvoorbeeld een aantal keer genoemd dat het P-programma de boosdoener was. Dat kan niet. Het P-programma bemoeit zich alleen met de belichting, en niet met de (auto)focus. Maar bovendien werd het P-programma helemaal niet gebruikt. Iemand suggereerde dat het om bewegingsonscherpte zou kunnen gaan, op te lossen door een kortere sluitertijd te gebruiken. Dat kan al helemaal niet omdat de D5600 1/4000e seconde als kortste sluitertijd heeft, die ook al gebruikt werd. Vaak werd de suggestie gedaan om één focuspunt te selecteren (een cross-type) en die selectie niet aan de camera over te laten. Een goede suggestie, alleen deed de vraagstelster dat al, zoals ze had vermeld in één van de antwoorden op reacties.

Wat is er dan wel aan de hand? Om dat te verklaren heb ik de handleiding van de Sigma, en de handleiding van de D5600 maar eens naast elkaar gehouden. De Sigma heeft zo’n tot een paar vierkante meter uitvouwbare gebruiksaanwijzing waarin in een dozijn talen enige uitleg over de lens gegeven wordt. In het Nederlandstalige deel staat te lezen: “Dit objectief werkt op identieke wijze als de objectieven van het G type (zonder diafragmaring) voor Nikon AF. Afhankelijk van het gebruikte cameratype kunnen er beperkingen zijn. Raadpleeg hiervoor de gebruiksaanwijzing van uw camera”.  Yeah, right! Nikon zal in haar handleidingen vertellen wat de beperkingen zijn van het gebruik van een Sigma (of Tamron) objectief. Not. Vroeger niet, nu niet, nooit niet. Vergeet dat maar.

Maar wat staat er dan wel te lezen in de handleiding van de D5600? Je vindt in die handleiding een overzicht van alle met de D5600 compatible Nikon objectieven. Niet door deze allemaal op te noemen, maar door ze te groeperen in typegroepen. Zo is op pagina 305 te lezen dat de D5600 met alle AF-S objectieven (Sigma had er overigens goed aan gedaan de vergelijking met AF-S objectieven te maken in plaats van met G type, omdat niet alle G type objectieven op een D5600 zullen autofocussen) compatible is. De Sigma is in feite een AF-S objectief. Dus, de Sigma is compatible? Nou nee, dat zou ik niet durven beweren. Op één (mij bekende) uitzondering na zijn er namelijk geen AF-S Nikon objectieven met een kleinere grootst mogelijke lensopening dan f/5.6. En dat betekent dat je in de tabel op zoek zal moeten naar andere aanwijzingen om het te verklaren.

Die verklaring vind je bij de categorie “AF-S/AF-I-teleconverter”, en dan bij voetnoot nummer 7 die daarbij in de kolom AF (Autofocus) gemeld wordt: “Bij maximaal f/5.6 of korter”. Bingo! Dat verklaart waarom het regelmatig mis gaat. Nu voel ik de reacties al wel opkomen: ”ik heb nooit een probleem”. Nou, dan heb jij geluk. Bedenk dat de stap van f/5.6 naar f6.3 heel klein is. 1/3e stop, om precies te zijn. Dat is zelfs de kleinst mogelijke stap om je diafragma te veranderen, als je je diafragma in wilt stellen. Er zijn echter ook mensen die dat geluk niet hebben. Die tolerantie kan per camera net iets anders liggen (nogmaals: het is slechts één klikje op het instelwieltje). En dat is exact de reden om dit artikel te schrijven. Je kan de gok nemen, maar lukt autofocus regelmatig niet met jouw camera en lens op 600mm, weet dan dat ik je gewaarschuwd heb 🙂 De reden dat ik voor eigenaren van voornoemde cameramodellen dan ook altijd op een Nikon AF-S Nikkor 200-500mm f/5.6E ED VR als advies uitkom, heeft dan ook niets te maken met de vraag welke lens ik beter vind (ook de Nikon 200-500 bezit ik niet). Het heeft zelfs niets te maken met het feit dat deze lens een vast (over het hele zoombereik) grootste diafragma heeft (iets dat voor dergelijke lenzen al helemaal geen pluspunt is in het digitale tijdperk, alhoewel dit wel vaak als argument gevonden zal worden), maar alles, maar dan ook echt alles, met het feit dat deze lens op maximale telestand (500mm in dit geval) f/5.6 aankan. Met dat diafragma is namelijk de autofocus door Nikon “gegarandeerd”.

Heb je een D7100 of hoger, dan speelt dit probleem niet. Die kunnen met één (of meerdere) autofocuspunt(en) ook nog autofocussen op f/8.

Oh ja, de uitzondering, de nieuwste Nikon AF-S DX NIKKOR 18-300mm f/3.5-6.3G ED VR. Speelt dat probleem daar dan niet bij op 300mm? Geen idee, die klachten heb ik nog niet langs zien komen in de Facebookgroepen waar ik lid van ben. Maar het zou mij niet verbazen als dat probleem daar ook bij op kan treden.