Nikon 85mm

De trouwe lezer weet wellicht nog dat ik in het verleden een Nikon 85mm f/1.8 AF-D NIKKOR heb gehad welke jammerlijk aan zijn eind is gekomen toen deze bij een fotoshoot uit mijn niet goed dichtzittende fotorugzak is gevallen. Reparatie van dat objectief zou net zo veel gaan kosten als het aanschaffen van een volledig nieuw exemplaar. Vervanging leek me dan ook de juiste keuze aangezien je dan een splinternieuw lens hebt, inclusief garantie. Toen ik deze week dan ook voor een opdracht de nieuwere Nikon 85mm f/1.8 G AF-S NIKKOR goed kon gebruiken was dat direct aanleiding om deze lens eens aan een test te onderwerpen, en dan vooral hoe de lens presteert met maximale lensopening (f/1.8).

Overeenkomsten en verschillen met de F/1.8D

Naast elkaar vergelijken is helaas niet mogelijk maar een aantal verschillen aanstippen tussen beide f/1.8 lenzen is uiteraard mogelijk, zelfs zonder één van beide ooit aangeraakt te hebben (voor de duidelijkheid: ik heb beide lenzen meer dan voldoende aangeraakt).

Bouwkwaliteit

De bouwkwaliteit van de D-versie werd altijd omschreven als die van een tank. Helaas is mijn ervaring met dit type lens een andere. Uiteraard is het geen goed idee om een lens te laten vallen maar als dat dan gebeurt (van ruwweg anderhalve meter hoogte) en de reparatiekosten zijn net zo hoog als compleet vervangen, dan kan wat mij betreft niet gesproken worden over de bouwkwaliteit van een tank. De nieuwere G-versie voelt lichter aan, is iets groter en bevat meer plastic dan de D-versie. Ook met de G-versie zou ik liever niet gaan gooien en stuiteren. De lens voelt echter solide aan en bevat (net als de D-versie) geen draaiende delen aan de buitenkant. Iets dat de hanteerbaarheid vergroot als je het mij vraagt. De camera licht met dit objectief gewoon lekker in de hand.

Autofocus

De nieuwere G-versie heeft in tegenstelling tot de oudere D-versie een scherpstelmotor in de lens. Dat betekent dat de autofocus van de lens op iedere digitale Nikon spiegelreflexcamera zal functioneren. Een (niet veel gebruikt) voordeel van de G-versie is dat je te allen tijde over kan stappen op handmatig focussen zonder eerst op de body een schakelaar om te hoeven zetten. Bij de D-versie zou op body’s met een ingebouwde autofocusmotor eerst een schakelaar moeten worden omgezet. Op de instapmodellen van Nikon zal de D-versie door het ontbreken van een scherpstelmotor altijd handmatig moeten worden scherpgesteld. De G-versie focust snel en precies (net zoals de D-versie) en is iets stiller.

Diafragmaring

Een kenmerk van een G-objectief is de afwezigheid van een diafragmaring. Voor filmers soms een gemis, maar ik gebruik mijn camera voor meer dan 99% voor het maken van foto’s. Ik mis de instellingsring dan ook alleen maar als ik de volle lensopening wil demonsteren bij de workshops die ik verzorg. Dit bij een demo om aan te geven dat een f/1.8 een veel grotere lensopening is op een 85mm lens dan op een 35mm lens.

Diafragma

De constructie van het diafragma van beide lenzen verschilt behoorlijk. Bij de D-versie bestaat deze uit 9 rechte lamellen. In theorie zouden daar mooiere “sunstars” mee op de foto kunnen komen dan bij de G-versie die over 7 iets afgeronde lamellen beschikt. Het theoretische voordeel van de G-versie is (door de afgeronde lamellen) dat de Bokeh mooier zou moeten zijn. In de praktijk vind ik deze verschillen marginaal.

De praktijk

Voor een opdracht heb ik foto’s gemaakt in het Groninger Museum, tijdens de expositie van Rodin. In een museum is flitsen altijd verboden, waardoor het gebruik van een lichtsterke lens nodig is om de ISO-waardes niet te hoog op te hoeven schroeven. Ideale omstandigheden dus om de lens eens op volle opening aan een praktijktest te onderwerpen.

Het scherptedieptebereik op f/1.8 is beperkt. Dusdanig beperkt zelfs dat er op 3 meter afstand met een fullframe camera slechts een gebied van iets meer dan 13 centimeter rond het scherpstelpunt (ongeveer 50/50 voor/achter) scherp is. Mooi, als je (net als ik) houdt van foto’s waarop alleen het deel scherp is waar je de kijker naar toe wilt trekken. Dat betekent wel dat ik in dergelijke omstandigheden de keuze voor het te gebruiken scherpstelpunt niet aan de camera overlaat, maar deze altijd zelf selecteer.

Lichtsterke lenzen (ook wel “snelle” lenzen) hebben de neiging om op maximale lensopening een beetje “soft” te worden. Door iets verder te diafragmeren neemt dit effect af waardoor er bij (bijvoorbeeld) f/4 of f/5.6 nog meer scherpte op de foto te zien zal zijn. Het diafragma waarop de lens het scherpst opereert wordt de sweetspot genoemd. De f/1.8G is ook bij volledige lensopening al behoorlijk scherp, vooral in het centrum. Naar de hoeken toe zal er (bij maximale weergave op een computerscherm) mogelijk wat softness te zien zijn. Storend is dat niet, temeer omdat je juist de f/1.8 kiest om niet een 100% scherpe foto te krijgen. Hoe vaak heb je zelf als eerste in de hoeken van een foto gekeken?

Musea staan niet echt bekend om hun ideale lichtsituatie. Althans: voor een camera. Voor de gemiddelde bezoeker is de lichtval doorgaans prima. Een fotograaf wordt in zijn keuze voor het standpunt soms beperkt door de lichtinval maar ook door de lichtbronnen. Die lichtbronnen bevinden zich veelal rond de geëxposeerde objecten waardoor er in een groot aantal gevallen ook tegenlicht zal zij. Soms zelfs dusdanig dat er niet aan te ontkomen valt dat er licht vanuit fe lichtbron voor op de lens valt. De f/1.8G vangt deze situaties prima af, en zal niet snel last van hinderlijke lensflair hebben. Ook de kleurweergave (rendering) is bij lage lichtopbrengst nog steeds prima.

De lens levert in de praktijk een redelijk, tot mooie bokeh. Bedenk dat Bokeh iets anders is dan de mate waarin voorwerpen op de voor- of achtergrond onscherp worden weergegeven. Het gaat om de kwaliteit daarvan.

Al met al kan ik niet anders zeggen dat ik erg blij ben met de lens. Beschik je al over een goed functionerende f/1.8D, dan zie ik weinig redenen om een G-versie aan te schaffen maar ben je op zoek naar een lichtsterk 85mm objectief (dat ook nog eens heel goed dienst kan doen als portretlens), dan is de Nikon 85mm f/1.8 G AF-S NIKKOR een absolute aanrader. Ook op een DX-body komt deze lens prima tot zijn recht. De beeldhoek is in dat geval ongeveer vergelijkbaar met een 135mm lens op een FX of 35mm analoge camera. En 135mm was vroeger zo ongeveer de standaard voor portretwerk.

Conclusie

Echt goedkoop is de lens met een nieuwprijs van circa €530 niet. Op https://tweakers.net/pricewatch/301124/nikon-af-s-nikkor-85mm-f-18g.html staan de actuele prijzen wel vermeld. Als je echter bedenkt dat de 1.4G versie drie keer zo duur is (en niet al te veel extra voordelen biedt), dan is mijn conclusie dat deze Nikon 85mm f/1.8 G AF-S NIKKOR zijn geld dubbel en dwars waard is en voor iemand die niet per se de f/1.4 nodig heeft een verstandiger keus is. Wat mij betreft verdient de Nikon 85mm f/1.8 G AF-S NIKKOR dan ook de kwalificatie “beste keus”.